FAIAL (AZOREN) | 2,5 weken tijd hebben we om de Azoren te verkennen. De eilandengroep is een automone regio van Portugal. Er zijn 9 bewoonde eilanden en 8 onbewoonde. Ze liggen op het drieplatenpunt van de Nooord-Amerikaanse Plaat, de Afrikaanse Plaat en de Euraziatische Plaat en zijn allemaal vulkanisch van oorsprong.

Wij kiezen 3 eilanden uit om op te verblijven, want wij houden van ‘à l’aise’ en willen zeker zijn dat we geen highlights moeten missen, nu we hier toch zijn! Je kan niet anders dan eerst landen op Sao Miguel, het ‘hoofdeiland’ van de Azoren. Van daar nemen we een propeller naar Faial, ons eerste eiland. Met 14 km breed en 21 km lang, is het maar een klein eilandje, maar genoeg te doen om ons enkele dagen te vermaken.

Horta, Monte da Guia en Porto Pim
We verblijven 4 nachten in Horta in Hotel Azoris Faial Garden. Het is een beetje ‘démodé’, net zoals de meeste gasten die hier verblijven :-). Maar alles wat je kan wensen is beschikbaar: een zwembad en eetzaal met spectaculair uitzicht op de hoogste vulkaan van de Azoren, de Pico. Als die niet in de wolken hangt tenminste. Het avondeten is minder spectaculair te noemen, maar ze compenseren dat hier precies door grote wijnglazen tot aan de rand vol te schenken. Door de ligging en de vulkanische activiteit, mogen wij ondervinden dat de Azoren best lekkere lokale wijntjes voortbrengen.

Op de eerste dag dwalen we een beetje rond in Horta en de aangrenzende Monte da Guia; een oude onderzeese vulkaan die later samensmolt met het eiland. We kunnen al direct genieten van een half open krater en de gezellige ingesloten baai van Porto Pim. Daar vind je één van de betere stranden.


Capelinhos
Wat je zéker niet mag overslaan wanneer je op Faial bent, is een bezoek aan Capelinhos. Dat is een heel jonge vulkaan en doordat de laatste uitbarsting dateert van de late jaren ’50, lijkt het er op een maanlandschap. Het is een bijzonder landschap waar je niet op gestolde lava loopt, maar op een massa zwarte as die de vulkaan meer dan een jaar uitspuwde. Er is een mooie vuurtoren die je kan beklimmen en een interessant bekroond ondergronds museum “Centro de Interpretacão do Vulcão dos Capelinhos”.

In de omgeving kan je mooie wandelingen maken. De parking van Capelinhos is een goed vertrekpunt daarvoor. Wij huren op elk eiland een auto, maar dat was vooral op Faial redelijk prijzig en daarom twijfel ik of je niet goedkoper uit bent met taxi’s op dit eiland.  

Die auto is dan wel weer gemakkelijk om een rondje te touren op het eiland. Er zijn véél Miradouros – of uitkijkpunten – die zeer de moeite waard zijn. Buiten Horta is het soms wat zoeken naar een lunchplek; ze zijn er wel, maar niet altijd open op de tijdstippen die uitkomen. We zijn natuurlijk ook buiten het hoogseizoen. Meestal kunnen we wel iets vinden en dan staan we altijd verrast te kijken van wat het kost. We hebben meermaals prima gegeten met z’n tweeën voor niet veel meer dan € 10!


Caldeira do Faial
De Azoren zijn echte wandeleilanden. Een geweldig mooie trail loopt rond de grote krater van Caldeira do Faial. Het is er bewolkt wanneer wij de wandeling beginnen en het kan er ook hard waaien. Het is dus aangeraden om je te kleden in vershillende laagjes. Het pad is meestal smal en af en toe komt er wat klauterwerk bij te pas. Ik ben blij met m’n wandelstokken. De wolken maken geregeld plaats voor iets meer helderheid zodat we een goed zicht krijgen op de gigantische krater. Het is een spectaculair landschap. De flanken van de vulkaan zijn bedekt met hortensias. Die zijn helaas uitgebloeid wanneer wij passeren, maar het geeft zeker de suggestie dat het er nog mooier is vroeger in het seizoen. Een rondje is maar een goeie 7 km, maar trek er best toch een uur of 3 voor uit.


Walvisspotters
Vanaf Faial kun je met een boot walvissen en dolfijnen spotten op de Atlantische Oceaan. Aan de boulevard van Horta zit een aantal bedrijven dat de tours verzorgt. Tijdens een gemiddeld drie uur durende tocht ga je op zoek. Er zijn meer dan 25 soorten dolfijnen en walvissen te ontdekken. De beste periode voor het spotten van potvissen en dolfijnen is van mei tot september. De grote walvissen zoals vinvissen of bultruggen, vind je meestal alleen tussen eind maart en mei. Wij zitten op een zodiac, de oceaan is wild en je wordt gegarandeerd nat. We hebben gelukkig wel een speciaal pak aan, maar na een tijdje zitten we redelijk verkrampt op zo’n ding en kunnen we geen comfortabele houding meer vinden. We zien potvissen, maar enkel in de verte en om eerlijk te zijn, zijn het toch weer de speelse dolfijnen die het mooie weer maken. We komen een beetje geradbraakt terug aan land. Voor mensen met een zwakke rug, raden we een ander soort bootje aan. Op andere eilanden kan je ook zulke tourtjes maken, maar de kans op walvissen schijnt het grootst te zijn rond Faial en Pico.

We nemen nog even de tijd om te genieten van een cocktail aan het zwembad met uitzicht vooraleer we onze koffer inpakken voor eiland 2. We vliegen over het eiland Sao Jorge en dat levert een knappe gezichten op, want je kan van op hoogte de kraters in kijken!